Regina Krammer-Günsberger
Geboren: 6 november 1907, Deutschkreuz (Oostenrijk)
Laatste adres: Wassenberghstraat 53b, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3 oktober 1942
Vermoord: 26 oktober 1942, Auschwitz
Regina wordt in 1907 geboren in Deutschkreuz (oftewel Zelem, het Hebreeuswse woord voor “kruis”) in Oostenrijk. Zij is een van de jongste kinderen uit een gezin van twaalf van Mirjam en Sandor Günsberger. Zij trouwt op 27-jarige leeftijd in Wenen met Jacob Krammer. Jacob, aanvankelijk kantoorbediende, later handelsreiziger, is geboren in 1904 in Coevorden.
Jacob en Regina (Ginie) gaan in mei 1934 in de H.W. Mesdagstraat 17 wonen. Daarna verhuizen ze in juni 1934 naar de Wassenberghstraat 53b. Op de woningkaart van Wassenberghstraat 53b is alleen Jacob ingeschreven, Regina en hun twee kinderen Rita (1935) en Sandor(1937) worden niet vermeld. Een ooggetuige , leeftijd – en speelgenootje van Rita weet echter te vertellen dat het hele gezin in 1941/1942 op dat adres woont.
In juli 1942 wordt Jacob tewerkgesteld in kamp Kloosterhaar bij Hardenberg. Regina en de kinderen blijven achter in de Wassenberghstraat. Zij worden op 3 oktober 1942 afgevoerd naar Westerbork en op 26 oktober 1942 omgebracht in Auschwitz.
Jacob vlucht uit kamp Kloosterhaar en duikt onder tot het eind van de oorlog. Pas dan hoort hij wat er met zijn vrouw en kinderen is gebeurd.
Later hertrouwt hij; hij overlijdt in Groningen op 11 september 1987.
Van de twaalf kinderen van Mirjam en Sandor Günsberger overleven er slechts drie de oorlog: Adolph, Ida en Nathan. De dochter van Nathan,
Rita Colthof – Günsberger, is vernoemd naar haar nichtje Rita Krammer.
Rita Krammer
Geboren: 5 januari 1935, Groningen
Laatste adres: Wassenberghstraat 53b, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3 oktober 1942
Vermoord: 26 oktober 1942, Auschwitz
Rita woont in de oorlog als meisje met haar ouders Regina Krammer-Günsberger en Jacob Krammer en haar twee jaar jongere broertje Sandor in de Wassenberghstraat in Groningen.
Haar moeder is geboren in Deutschkreuz (Oostenrijk), haar vader in Coevorden. Hij is handelsreiziger in tricotage.
Een ooggetuige, leeftijd- en speelgenootje van Rita vermeldt dat zij ‘s avonds vaak met Rita en Sandor (die “Broertje” wordt genoemd) buiten speelt.
Als Rita 6 jaar is, wordt in juli 1942 haar vader tewerkgesteld in kamp Kloosterhaar bij Hardenberg. Zij blijft in Groningen achter met haar moeder en haar broertje. Een kleine drie maanden later- op 3 oktober 1942- wordt zij met haar moeder en haar broertje gedeporteerd naar Westerbork. Op 26 oktober 1942 worden ze omgebracht in Auschwitz.
Haar vader vlucht uit het werkkamp en duikt onder tot het eind van de oorlog. Pas dan hoort hij wat er met zijn vrouw en kinderen is gebeurd. Hij overlijdt in Groningen op 11 september 1987.
Haar nicht Rita Colthof-Günsberger – de dochter van haar oom Nathan Günsberger- woonachtig in Israël, is naar haar vernoemd.
Sandor Joachim Krammer
Geboren: op 15 maart 1937, Groningen
Laatste adres: Wassenberghstraat 49a, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3 oktober 1942
Vermoord: 26 oktober 1942, Auschwitz
Sandor woont in de oorlog als jongetje met zijn ouders Regina Krammer-Günsberger en Jacob Krammer en zijn twee jaar oudere zusje Rita in de Wassenberghstraat in Groningen. Zijn moeder is geboren in Deutschkreuz (Oostenrijk), zijn vader in Coevorden. Zijn vader is handelaar in tricotage.
Als Sandor (die volgens een ooggetuige “Broertje” wordt genoemd) vijf jaar is, wordt zijn vader in juli 1942 tewerkgesteld in kamp Kloosterhaar (bij Hardenberg). Sandor blijft met zijn moeder en zusje achter in Groningen. Een kleine drie maanden later – op 3 oktober 1942 – wordt hij met zijn moeder en zusje gedeporteerd naar Westerbork. Op 26 oktober 1942 worden zij omgebracht in Auschwitz.
Zijn vader vlucht uit het werkkamp en duikt onder tot het eind van de oorlog. Pas dan hoort hij wat er met zijn vrouw en kinderen is gebeurd. Zijn vader overlijdt in Groningen op 11 september 1987.