Johannes Cornelis Minck
Geboren: 8 december 1884, Groningen
Laatste adres: Kraneweg 32, Groningen
Gearresteerd: 6 juni 1944
Vermoord: 25 januari 1945, Neuengamme
Johannes Cornelis Minck wordt geboren op 8 december 1884 te Groningen.
Zijn ouders zijn Johannes Cornelis Minck, hoofdman van de Groninger brandweer en Wilhelmina Alida Swint.
Johannes heeft al van jongs af aan belangstelling voor het fietsenbedrijf. Na bij Fongers het vak te hebben geleerd, opent hij in 1910 een eigen rijwielzaak aan de Kromme Elleboog. Vandaar verhuist hij naar Kraneweg 32.
In 1912 trouwt hij met Anna Maria Plagge. Er worden drie zonen geboren; Johannes (1913), Gerhardus (1915) en Wilhelmus (1921).Twee van zijn zonen assisteren hem in de rijwielzaak op no. 32. In het pand ernaast wordt door de familie Minck ook een garage geopend.
Vanaf 1942 neemt Johannes Cornelis actief deel aan het verzet (LO-KP). In zijn panden worden wapens ondergebracht en motoren uitgeleend aan het verzet, bijvoorbeeld voor de overval op de drukkerij Hoitsema in mei 1944. Ook biedt Johannes onderdak aan onderduikers, zoals de verzetsman Cor Kraal.
Op 3 juni 1944 gaat de deurbel bij de familie Minck. Cor doet open omdat hij een vriend verwacht en loopt zo in de armen van de S.D.
Enkele dagen later, op 6 juni wordt Johannes Cornelis gearresteerd. Vanuit het Scholtenhuis wordt hij naar concentratiekamp Dachau getransporteerd. Hij sterft in kamp Neuengamme op 25 januari 1945.
Wilhelmus Johannes Minck
Geboren: 30 september 1921, Groningen
Laatste adres: Kraneweg 32, Groningen
Gearresteerd: juli 1944, Amsterdam
Omgekomen: 14 maart 1945, Graz (Oostenrijk)
Wilhelmus Johannes Minck wordt geboren op 30 september 1921 te Groningen.
Zijn ouders zijn Johannes Cornelis Minck, rijwielhandelaar en Anna Maria Plagge.
Wilhelmus, roepnaam Willem, werkt in de rijwielzaak van zijn vader. Ook hij neemt deel aan verzetsactiviteiten. Na de arrestatie van zijn vader vlucht hij naar Amsterdam maar wordt daar in juli aangehouden. Via kamp Amersfoort wordt hij naar Duitsland getransporteerd. Hij sterft op 14 maart in de buurt van Graz waarschijnlijk ten gevolge van een bombardement.
Willem was ongehuwd.
Kornelis Kraal (“Karel van Kampen”)
Geboren: 18 mei 1921, Meppel
Laatste adres: Kraneweg 32, Groningen
Gearresteerd: 3 juni 1944, Groningen
Gefusilleerd: 22 augustus 1944, Vught
Kornelis (Cor) Kraal wordt geboren op 18 mei 1921 te Meppel. Hij is de oudste zoon van Jan Kraal, slagersknecht te Meppel en Jantje Balkema. Kornelis is een serieuze en leergierige jongen. Na de lagere school gaat Kornelis als kantoorbediende werken in de plaatselijke drukkerij. In zijn vrije tijd verzamelt hij alles wat met vliegtuigen en vliegtuigindustrie te maken heeft. Met name de firma Fokker heeft zijn interesse. Ook is hij betrokken bij veel activiteiten van zijn kerkgenootschap. In het begin van de Tweede Wereldoorlog ontstaat er een verzetsgroep in Meppel, bestaande uit (o.a.) jongeren met een gereformeerde achtergrond; Kornelis hoort hierbij.
De groep heeft contact met ds. Frits Slomp (“Frits de Zwerver”) en later met ds. Rinze Douma (“De Groot”). Eind 1942 wordt Kornelis opgeroepen voor de arbeidsdienst in Duitsland. In overleg met Frits de Zwerver besluit hij onder te duiken in Groningen, de geboorteprovincie van zijn moeder. Daar heeft de familie Kraal vrienden en familie wonen. Na het bezoeken van een kerkdienst op 2e Kerstdag in de Martinikerk besluiten Kornelis en enkele vrienden uit de Gereformeerde Jongelings Vereniging (GJV) een verzetsorganisatie op te bouwen in de provincie Groningen. Daarmee is 26 december 1942 de geboortedag van “organisatie Frits”, de latere Nul-groep.1 Kornelis speelt hierin een belangrijke rol. Ook is hij samen met Reint Dijkema en Hessel van der Zee (“zuster Jo”) de leider van het gewapende verzet (KP).
Zijn (onder)duikadres is Kraneweg 32 in Groningen, bij de familie Minck2. Dat lijkt “veilig” tot 3 juni 1944. Op 1 juni weet een student het vertrouwen te winnen van verzetsman Hessel van der Zee. Deze student zou gegevens hebben over bunkerbouw in Delfzijl. Hessel brengt hem in contact met Kornelis. Niet wetende dat de stukken van de bunkerbouw vervaardigd zijn door de SD in het Scholtenhuis. Op 2 juni slaat de SD toe; Hessel van der Zee wordt ‘s nachts opgepakt en de dag daarop volgt Kornelis. Hij probeert te vluchten, maar wordt geraakt door een kogel. Hij belandt in het Scholtenhuis, waar hij nog een briefje naar buiten weet te smokkelen met namen en adressen van verzetsmensen die inmiddels bekend waren bij de SD. Deze mensen worden gewaarschuwd en hebben hierdoor de gelegenheid om elders onder te duiken.
In augustus wordt Kornelis overgebracht naar Kamp Vught, waar hij op 22 augustus 1944 samen met Reint Dijkema en Hessel van der Zee wordt gefusilleerd.
—————————–
1 De Groninger afdeling van de L.O. (Landelijk Organisatie voor hulp aan onderduikers)
2 Zie hiervoor ook Johannes Cornelis Minck