Emiel van Geuns
Geboren: 10 november 1901, Groningen
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar werkkamp Kloosterhaar of Balderhaar in Overijssel op 10 juli 1942; overgebracht naar Kamp Westerbork op 4 oktober 1942
Vermoord: 7 mei 1943, Sobibor
Emiel van Geuns is de jongste uit een gezin met drie jongens. Zijn vader Heiman van Geuns is handelsreiziger. Later, hij noemt zich dan Herman, is hij darmenhandelaar in een firma samen met zijn jongere broer Louis (de “Darmenhandel Gebr. van Geuns”). Emiels moeder heet Reina Haag en is huisvrouw. Beide ouders overlijden enkele jaren voor het begin van de oorlog.
Emiel doorloopt de Gemeentelijke hbs in Groningen en slaagt daarvoor in juli 1919. Hij is lid van de Groninger biljartclub en doet mee aan meerdere regionale en zelfs landelijke wedstrijden.
Emiel trouwt op 17 december 1929 in Zwolle met Betsy Sara Slager uit die stad. Ze gaan daarna in de Schilderswijk wonen, eerst in de Jan Lutmastraat 14b en vanaf 29 september 1933 wonen ze aan het Taco Mesdagplein 10. Het echtpaar krijgt geen kinderen.
Vanaf 1934 wordt Emiel firmant van de darmenhandel Gebr. van Geuns. Dat gebeurt als zijn vader uit het bedrijf treedt. Maurits van Geuns, de zoon van Louis, treedt ook toe als firmant. De darmenhandel wordt vanaf dat moment geleid door Louis van Geuns (een van de twee oorspronkelijke firmanten) en de neven Van Geuns uit de volgende generatie: Emiel en Maurits.
Op 10 juli 1942 wordt Emiel na een oproep van de bezetter met een groot aantal Joodse mannen, van wie velen uit de Schildersbuurt in Groningen, via het Groninger Station weggevoerd naar één van de werkkampen Kloosterhaar of Balderhaar in Overijssel.
Op 3 oktober 1942 worden beide kampen door de bezetter gesloten en ontruimd. Emiel wordt met de andere daar tewerkgestelde Joodse mannen naar Westerbork gebracht en daar herenigd met zijn vrouw Betsy Sara, die vrijwel gelijktijdig vanuit Groningen naar Westerbork is overgebracht.
Op 4 mei 1943 worden Emiel en zijn vrouw Betsy Sara weggevoerd naar Sobibor, waar ze beiden op 7 mei 1943 worden omgebracht.
Betsy Sara van Geuns-Slager
Geboren: 12 februari 1903, Zwolle
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 4 oktober 1942
Vermoord: 7 mei 1943, Sobibor
Betsy Sara Slager is de dochter van Jacob Slager en Roosje van Gelder. Haar vader is winkelier in Zwolle. Betsy heeft één zusje, Sara Betsy, die vijf jaar jonger is. Betsy Sara speelt piano en beoefent de danskunst. Zij is aangesloten bij een muziekschool en verzorgt uitvoeringen op Joodse bijeenkomsten waarin wordt opgeroepen tot een verder nastreven van de grondbeginselen van het zionisme.
Betsy Sara is van beroep rijkstelefoniste. Ze trouwt op 17 december 1929 in Zwolle met Emiel van Geuns, die tezamen met zijn broer in Groningen een winkel drijft. Zij verhuist naar Groningen en komt in september 1933 met haar man aan het Taco Mesdagplein wonen. Het echtpaar krijgt geen kinderen.
Haar man Emiel wordt op 10 juli 1942 naar een werkkamp in Overijssel gestuurd. Dit kamp wordt op 3 oktober 1942 gesloten en ontruimd. Emiel wordt overgebracht naar Westerbork.
Op of omstreeks 4 oktober 1942 wordt ook Betsy Sara weggevoerd naar kamp Westerbork, waar ze herenigd wordt met haar man Emiel.
Op 4 mei 1943 wordt ze tezamen met haar man vanuit Westerbork weggevoerd naar Sobibor, waar ze beiden op 7 mei 1943 worden omgebracht.
Andries Davids
Geboren: 30 november 1905, Rotterdam
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar werkkamp ‘Het Wijde Gat’ bij Staphorst medio 1942; overgebracht naar Kamp Westerbork tussen 3 en 5 oktober 1942
Vermoord: 19 januari 1945, Golleschau
Andries Davids wordt op 30 november 1905 geboren in Rotterdam als zoon van Samuel Davids en Geertruida Dasberg, beiden eveneens geboren Rotterdammers. Vader Samuel is handelsreiziger voor de firma Polak & Schwarz, met hoofdkantoor te Zaandam, destijds een van de belangrijkste geurstoffenproducenten ter wereld.
Andries treedt later in de voetsporen van zijn vader bij Polak & Schwarz.
In 1930 trouwt hij met Esther Bekkers, in 1906 geboren te Rotterdam. In datzelfde jaar wordt hij aangesteld als vertegenwoordiger voor het noordelijk buitengebied en het paar verhuist naar Groningen. Andries en Esther betrekken de kloeke woning aan de Westerhavenstraat 2a. Zij blijven daar tot 1936. In die periode worden de dochters Geertruida (1931) en Lea (1934) geboren. Daarna verhuist het gezin naar de Parklaan 27. Enkele maanden na de verhuizing wordt Samuel (1936) geboren. Uiteindelijk verlaat het gezin, onder dwang van de bezetter, in augustus 1942 de Parklaan en verhuist naar het laatste adres in Groningen: Taco Mesdagplein 10.
Andries Davids wordt medio 1942 opgeroepen om zich te melden bij een Joods werkkamp. Hij komt uiteindelijk terecht in het kamp ‘Het Wijde Gat’, nabij Staphorst. Het kamp, met plaats voor 96 arbeiders, is vanaf 1939 een werkverschaffings-kamp, ressorterend onder de Rijksdienst voor de Werkverruiming. Vanaf 10 juli 1942 gebruikt de bezetter het kamp als tijdelijke buffer voor Westerbork. Werklozen moeten plaatsmaken voor Joodse mannen, voornamelijk uit stad en provincie Groningen.
Andries schrijft enkele dagen na aankomst in het kamp al een brief over zijn eerste belevenissen aan zijn collega Corrie Lammes.
Op 3 oktober 1942 worden de mannen gedeporteerd naar Westerbork. Andries’ vrouw en kinderen worden vrijwel tegelijkertijd vanuit Taco Mesdagplein 10 naar Westerbork weggevoerd. De archieven van Westerbork melden binnenkomst van zowel Andries als Esther, Geertruida, Lea en Samuel ‘tussen 3 en 5 oktober 1942’.
De status van Andries Davids in Westerbork is uitzonderlijk. Hij blijft contacten onderhouden met zijn werkgever en heeft bewegingsvrijheid buiten het kamp. Veel van wat we daarover weten is terug te leiden tot Andries’ blijvende verbondenheid met het Zaanse Polak & Schwarz. Het “Joods Monument Zaanstreek” (www.joodsmonumentzaanstreek.nl/davids-andries/) dat geput heeft uit de archieven en verslagen van Polak & Schwarz, beschrijft veel details van Andries’ gaan en staan. Daaruit komt naar voren dat met name de al genoemde collega Corrie Lammes intensieve contacten blijft onderhouden met de familie Davids. Zij voorziet de familie bijvoorbeeld van zendingen levensmiddelen. Ook bereikt zij bij directeur Schwarz dat Andries een vorm van salaris behoudt! Het gaat daarbij om een bedrag van ongeveer 250 gulden per maand. Corrie krijgt dit geld in bewaring en doet er op verzoek van de familie uiteenlopende aanschaffingen mee: boodschappen, een stofzuiger, jurken, spelletjes voor de kinderen.
Binnen Westerbork vervult Andries diverse functies. Zo is hij actief in dienst van het emigratiebureau voor de Joodse Raad. Tevens is hij inkoper. “Einkäufer” Davids handelt relatief veel met Zaanse bedrijven zoals Bruynzeel, Jan Dekker, T. Duyvis en Hille. Ook Polak & Schwarz fungeert als leverancier. Van onder meer geneesmiddelen voor de kampbevolking. De bewegingsvrijheid van Andries is navenant. Hij verschijnt regelmatig in het Zaanse. Berichten voor Westerborkers worden op de terugweg meegenomen.
Andries is toeziend voogd van Bernardus Goslinski (Groningen, 8 februari 1922). Bernardus is sinds 30 april 1942 leerling verpleegkundige in het ‘Apeldoornsche Bos’, een inrichting voor Joodse geesteszieken, evenals zijn verloofde Roosje Manassen (Elst, 24 maart1922). Na de ontruiming van het Apeldoornsche Bos in januari 1943 worden Bernardus en Roosje in Westerbork geïnterneerd. Het paar trouwt daar op 5 februari 1943. Andries Davids en de Groningse uitgever en voogd Lion Poons zijn getuigen bij hun huwelijk. De jong getrouwden worden kort daarop gedeporteerd en in Auschwitz vermoord.
Andries’ betrokkenheid bij diverse kampactiviteiten brengt met zich mee dat de familie Davids lang in Westerbork kan blijven. Uiteindelijk worden zij toch, op 4 september 1944, naar Theresienstadt gedeporteerd. Esther en de kinderen gaan vandaar naar Auschwitz. Daar worden ze op 7 oktober 1944 omgebracht.
Andries wordt op 29 september verder vervoerd naar het aan Auschwitz verbonden werkkamp ‘Kommando Golleschau’ (tegenwoordig Goleszòw). Andries’ officiële overlijdensdatum, 19 januari 1945, valt in de periode dat Auschwitz ontruimd wordt in verband met de nadering van het Russische leger.
Andries Davids is 39 jaar geworden.
Esther Davids-Bekkers
Geboren: 12 augustus 1906, Rotterdam
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3/5 oktober 1942
Vermoord: 7 oktober 1944, Auschwitz
Esther Bekkers is het enig kind van Jacob Bekkers (1878, Rotterdam – 1969, ’s Gravenhage) en Lea Bekkers-Messcher (1883, Amsterdam – 1974, ’s Gravenhage).
Van haar jeugd is weinig bekend. Esther trouwt in 1930 met Andries Davids, vertegenwoordiger bij de firma Polak & Schwarz te Zaandam. Het echtpaar verhuist kort na het huwelijk naar Groningen, de nieuwe standplaats van Andries Davids voor zijn werkgever. Aanvankelijk woont het echtpaar aan de Westerhavenstraat 2a. Geertruida (1931) en Lea (1934) worden daar geboren. In 1936 verhuist het gezin naar Parklaan 27, waar na enkele maanden Samuel wordt geboren. Op last van de bezetter dient het gezin in 1942 te verhuizen. Het komt in augustus van dat jaar te wonen aan het Taco Mesdagplein 10. Maar niet voor lange duur: op 3 oktober worden Esther, Geertruida, Lea en Samuel weggevoerd naar Westerbork. Zij worden daar herenigd met de eerder in een kamp nabij Staphorst tewerkgestelde Andries.
Esther wordt met haar gezinsleden na twee jaar verblijf in Westerbork, op 4 september 1944, gedeporteerd naar Theresienstadt. Het gezin verblijft daar enkele weken. Haar man vertrekt op 29 september van daar naar het werkkamp Golleschau bij Auschwitz. Esther wordt met haar kinderen vijf dagen daarna naar Auschwitz gedeporteerd en daar bij aankomst op 7 oktober 1944 vermoord.
Esther Davids-Bekkers is 38 jaar geworden.
Geertruida Davids
Geboren: 17 september 1931, Groningen
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3/5 oktober 1942
Vermoord: 7 oktober 1944, Auschwitz
Geertruida Davids is de eerste dochter van Andries Davids en Esther-Davids Bekkers. Zij krijgt later een zus en een broer. Haar ouders zijn een jaar voor haar geboorte, in 1930 in Groningen komen wonen aan de Westerhavenstraat 2a. Geertruida maakt in Groningen twee verhuizingen mee. In 1936 naar Parklaan 27 en in 1942 naar Taco Mesdagplein 10.
Op 3 oktober 1942 wordt Geertruida met haar moeder, zus en broer naar Westerbork weggevoerd. Daar ziet ze haar vader weer, die eerder al in een kamp nabij Staphorst was tewerkgesteld.
Het hele gezin blijft twee jaar lang in Westerbork, vanwege de betrokkenheid van Geertruida’s vader bij de kamporganisatie. Op 4 oktober 1944 wordt het gezin gedeporteerd richting Auschwitz, met een kort tussenverblijf in Theresienstadt. Met haar moeder, broer en zus wordt Geertruida in Auschwitz vermoord op 7 oktober 1944.
Geertruida Davids is 13 jaar geworden.
Lea Davids
Geboren: 29 april 1934, Groningen
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3/5 oktober 1942
Vermoord: 7 oktober 1944, Auschwitz
Lea Davids is de tweede dochter van Andries Davids en Esther Davids-Bekkers, en zus van de bijna drie jaar oudere Geertruida. Later krijgt ze nog een broertje, Samuel. Haar ouders zijn in 1930 in Groningen komen wonen aan de Westerhavenstraat 2a. Lea maakt in Groningen twee verhuizingen mee. In 1936 naar Parklaan 27 en in 1942 naar Taco Mesdagplein 10.
Op 3 oktober 1942 wordt Lea met haar moeder, zus en jongere broer naar Westerbork weggevoerd. Daar ziet ze haar vader weer, die eerder al in een kamp nabij Staphorst was tewerkgesteld.
Het hele gezin blijft twee jaar lang in Westerbork, vanwege de betrokkenheid van Lea’s vader bij de kamporganisatie. Op 4 oktober 1944 wordt het gezin gedeporteerd richting Auschwitz, met een kort tussenverblijf in Theresienstadt. Met haar moeder, broer en zus wordt Lea in Auschwitz vermoord op 7 oktober 1944.
Lea Davids is 10 jaar geworden.
Samuel Davids
Geboren: 14 december 1936, Groningen
Laatste adres: Taco Mesdagplein 10, Groningen
Weggevoerd naar Westerbork: 3/5 oktober 1942
Vermoord: 7 oktober 1944, Auschwitz
Samuel Davids is het derde kind van Andries Davids en Esther Davids-Bekkers. Hij heeft twee zussen, Geertruida en Lea. Zijn ouders zijn in 1930 in Groningen komen wonen aan de Westerhavenstraat 2a. Samuel maakt in Groningen twee verhuizingen mee. In 1936 naar Parklaan 27 en in 1942 naar Taco Mesdagplein 10.
Op 3 oktober 1942 wordt Samuel met zijn moeder en zussen naar Westerbork weggevoerd. Daar ziet hij zijn vader weer, die eerder al in een kamp nabij Staphorst was tewerkgesteld.
Het hele gezin blijft twee jaar lang in Westerbork, vanwege de betrokkenheid van Samuels vader bij de kamporganisatie. Op 4 oktober 1944 wordt het gezin gedeporteerd richting Auschwitz, met een kort tussenverblijf in Theresienstadt. Met zijn moeder en zussen wordt Samuel in Auschwitz vermoord op 7 oktober 1944.
Samuel Davids is 7 jaar geworden.
Alle foto’s van dit gezin geplaatst met toestemming van Joods Monument Zaanstreek